Opzettelijk verzwijgen eigendomsaandeel bij verdeling nalatenschap?

Andere nieuwsberichten

In een echtscheidingsprocedure werden er in onderling overleg afspraken gemaakt over de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap, die bij de rechtbank werden ingediend in afwachting van de echtscheidingsbeschikking.

Die kwam er niet.

Mijn cliënte, de vrouw, overleed plotseling tijdens de echtscheidingsprocedure. Tot de vaststelling van de verzochte verdeling kwam het daarom niet. De verzochte ontbinding van het huwelijk kwam er evenmin. Het echtscheidingsverzoek werd afgewezen en het huwelijk werd ontbonden door overlijden met als gevolg dat het testament van de vrouw in werking trad.  Het testament van de vrouw voorzag in een langstlevende testament. Dit zorgde ervoor dat de tijdens de echtscheiding gemaakte verdelingsafspraken van tafel waren en alles wat er was alsnog naar de man ging –  tot groot ongenoegen (en verdriet) van de kinderen van partijen.

In afwijking van het testament werden er vervolgens in onderling overleg schriftelijke afspraken gemaakt over de verdeling van de nalatenschap van de vrouw, de kinderen en haar (ex)man.

In de verdeling van de nalatenschap werd niet het eigendomsaandeel betrokken in een onroerende zaak van de moeder van de vrouw, die kort na de vrouw kwam te overlijden. Dat leidde opnieuw tot een geschil tussen ditmaal de kinderen en de man.

Artikel 3:194 lid 2 BW bepaalt dat de deelgenoot in een gemeenschap als bedoeld in artikel 3:166 BW, die opzettelijk tot de gemeenschap behorende goederen verzwijgt, zoek maakt of verborgen houdt, zijn aandeel in die goederen verbeurt aan de andere deelgenoten. De kinderen stelden zich op grond van artikel 3:194 lid 2 BW op het standpunt dat de man zijn eigendomsaandeel verbeurt was aan hen, omdat hij het bestaan ervan opzettelijk had verzwegen tijdens de verdeling van de nalatenschap van de vrouw.

De rechtbank volgde het relaas van de kinderen en stelden hun in het gelijk. De man diende zijn aandeel af te staan aan mijn cliënten. Het gerechtshof ‘s-Hertogenbosch draaide dat oordeel recentelijk terug en oordeelde dat van opzettelijk zwijgen geen sprake was en dat (de helft van) het eigendomsaandeel verdeeld dient te worden in het licht van de afspraken die er zijn gemaakt over de verdeling van de nalatenschap van de vrouw: de man 1/3 en de kinderen ook eenieder 1/3.

Check en/ of wijzig altijd je testament gedurende een echtscheidingsprocedure en/of zorg ervoor dat als je een testament laat opstellen bij de notaris er altijd een bepaling in wordt opgenomen  dat de werking van het testament komt te vervallen, zodra er een verzoek tot echtscheiding en/of scheiding tot tafel en bed is ingediend bij de rechtbank! 

De volledige uitspraak is gepubliceerd en hier terug te lezen:https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHSHE:2020:2704